BLAASTUMOR

printvriendelijke versie

 

De therapeutische aanpak hangt af van de anatomische configuratie van de neoplastische invasie, dat wil zeggen of de tumor beperkt is tot de interne wanden, of dat deze is doorgedrongen tot in de bekkenholte. Indien er sprake is van oppervlakkige of gedeeltelijk doorgedrongen carcinomen is het voor het behalen van bijna altijd zeer positieve resultaten voldoende om bicarbonaatoplossingen rechtstreeks in de blaas toe te dienen via een blaaskatheter, gecombineerd met een orale behandeling van één lepeltje in een glas water op de nuchtere maag. Ook in het geval van grote uitstekende massa’s, wordt doorgaans na twee tot drie dagen een vermindering van de pijnsymptomen waargenomen en verdwijnen voorvallen van hematurie, voor zover hier sprake van was.

Dosis: 150-200 cc via katheter gedurende vier achtereenvolgende dagen, vervolgens om de dag gedurende twee weken en dan nog één dag wel en twee dagen niet gedurende nogmaals twee weken, waarbij er moet worden gezorgd voor een onderbreking van één of meer dagen wanneer er pijnverschijnselen of duidelijke verschijnselen van erytrocytaire diapedese optreden.

Het blaasepitheel – dat heeft geleden onder de aandoening of onder vroegere endoscopische instillaties met mitomycine of andere geneesmiddelen – heeft namelijk, vanwege zijn aangetaste toestand, bijzondere aandacht nodig. Dit betekent in de praktijk een constante therapeutische modulatie afhankelijk van de persoon.

In het geval dat de tumor is doorgedrongen in het bekken wordt zowel selectieve arteriografie als een buikkatheter voorgeschreven, via welke de massa’s op een concentrische en definitieve manier worden aangevallen. Soms kunnen er ook neoplasmata aanwezig zijn in de urinebuizen, waarbij perfusie met natriumbicarbonaatoplossingen via de blaaskatheter erg moeilijk is.

In dit geval kunnen door het aanbrengen van een percutane katheter in de betreffende urinebuis, oftewel een nefrostomie, de massa’s worden bereikt en vernietigd die aan de werking van het natriumcarbonaat waren ontkomen.

Blaastumoren zijn erg gevoelig voor de werking van natriumbicarbonaat en er is hierbij vrijwel altijd sprake van regressie van de massa’s.

* zie ook het protocol voor behandeling van blaaskanker

 



terug naar de beginpagina