CANDIDA ALTIJD AANWEZIG BIJ KANKER

printvriendelijke versie

 

Er is een groot aantal werken dat getuigt van de constante aanwezigheid van de mycete in de weefsels van kankerpatiënten, vooral de terminale patiënten.
In de laatste jaren is er namelijk sprake van een toenemend aantal mensen dat met de vinger wijst naar deze vreselijke schimmel, zelfs zoveel dat deze wordt gedefinieerd als ‘het grootste en meest urgente probleem in de oncologie dat moet worden opgelost’.

Dit zijn de gegevens met betrekking tot de coëxistentie van candida en kanker die door enkele auteurs gevonden zijn: (zie ook de bronnenlijst in het boek "Kanker is een Schimmel")
R.L. Hopfer: 79%
U. Kaben: 80%
W. T. Hughes: 91%
T.E. Kiehn: 97%
De genoemde percentages zijn indrukwekkend hoog, gezien de moeilijkheid om candida te visualiseren in de organische materialen die onderzocht moeten worden, zoals ook wordt vermeld door R.S. Escuro, Z.O. Karaev en T.J. Walsh.
Vanwege de hierboven vermelde bevestigingen, kunnen we dus met stelligheid zeggen dat candida altijd aanwezig is in de weefsels van kankerpatiënten. En dat niet alleen, maar de candidasoorten zijn, volgens verschillende onderzoekers, nu de eerste oorzaak van morbiditeit en mortaliteit bij patiënten met neoplasmata in het hematopoëtisch stelsel.
O. Uzun analyseert maar liefst alle gegevens van 1974 tot 1999 met betrekking tot de aanwezigheid van candidemie bij patiënten en de prognosefactoren, met inbegrip van de voorspellende elementen voor mortaliteit, en komt tot de conclusie dat het algemene sterftecijfer bij kankerpatiënten varieert van 33% tot 75% en dat dit niet afhangt van het type infecterende candida.
Het verschijnsel wordt doorgaans geïnterpreteerd als een gevolg van de verzwakking en van de uitputting van het organisme vanwege de neoplastische laesies. Daarentegen moet worden bedacht dat de aantasting door candida in cancerogenetische zin plaatsvindt na de oppervlakkige pathogene fasen, dat wil zeggen de klassieke epitheliale candidosen, in diverse stadia:

a) Worteling in het diepe bindweefsel (in de verschillende organen).
b) Uitbreiding, wat leidt tot een organische reactie die probeert de schimmelkoloniën in te kapselen, waarvan de vorming van neoplasmata het resultaat is.
c) Groei in zowel het aangrenzende weefsel als op afstand (metastase).
d) Progressieve verzwakking van het organisme met een daaruit voortvloeiende algemene invasie van het organisme. Dit is het stadium dat meestal wordt gevisualiseerd en dat wordt beschouwd als ‘opportunistisch’.
e) Overlijden.

Samenvattend is candida geen post hoc, maar een ante hoc. Verschillende werken steunen overigens deze beweringen met betrekking tussen het causale verband tussen candida en kanker. (zie de bronnenlijst in het boek "Kanker is een Schimmel")

terug naar de beginpagina