Een van de meest controversiële en meest tegenstrijdige argumenten van de oncologie is ongetwijfeld dat van de overlevingstatistieken van kankerpatiënten, die – officieel – aangeven dat één op de twee personen geneest. Dit gegeven is weliswaar dramatisch, maar heeft ook een bepaalde hoop in zich, omdat het impliciet een positieve waarschuwing voor zowel wetenschappers als patiënten is.
Tegen de eersten zegt het: zet het onderzoek voort zoals dit is opgezet, want dat levert resultaten op. Probeer geen alternatieve theoretische of therapeutische wegen in te slaan en raak niet ontmoedigd door het feit dat er dagelijks patiënten blijven sterven.
Voor patiënten geeft het daarentegen de waarschuwing: u hebt 50% kans om het te redden, hiervoor hoeft u alleen maar de conventionele therapeutische protocollen te volgen, zonder zinloze alternatieven te proberen.
Maar in de praktijk vertegenwoordigen de geboden statistische gegevens een wetenschappelijke en psychologische mondprop voor wie de toestand van mislukking van de officiële oncologie aan de kaak stelt en met reden de noodzaak voelt om deze voor eens en voor altijd naar de hel te verwensen, en wel om de volgende redenen:
- Naast de statistieken – en dit zien we ook in de persoonlijke kennissenkring – zijn degenen met een ware tumor die overleven op de vingers van één hand te tellen.
- De officiële behandelingen hebben verwoestende en vaak dodelijke gevolgen.
- Veel van de patiënten die van de officiële stromingen afwijken, leven beter en langer (in een onderzoek onder 188 patiënten met een inoperabel bronchiaal adenocarcinoom was de periode van overleving van patiënten die chemotherapie volgden 75 dagen, terwijl de patiënten die geen enkele behandeling ondergingen maar liefst nog 225 dagen leefden - The Lancet, 13 december 1975).
- Vooruitzichten van een definitieve ontdekking met betrekking tot kanker zijn de komende 10 jaar nog steeds niet te verwachten.
Enerzijds hebben we dus de ervaring en het bewijs dat ons ertoe aanzet om weg te vluchten van de conventionele oncologische behandelingen, terwijl we anderzijds die 50% overlevingskans voor onze neus gezwaaid krijgen als een waarschijnlijke garantie van succes. Het is duidelijk dat, als dit gegeven zelfs maar gedeeltelijk kan worden weerlegd, het bolwerk van de oncologie onherroepelijk en direct als een kaartenhuis zou instorten.