Aan het begin van de twintigste eeuw stierf één op de honderd mensen aan een tumor. Nu is dat één op drie. De voorspelling is dat binnen enkele jaren één op de twee personen sterft aan kanker.
Bijvoorbeeld bij het grootste deel van de tumoren in het spijsverteringsstelsel waarbij geen sprake is van een dubbelzinnige diagnostiek, zoals tumoren in de slokdarm, maag, lever en alvleesklier, is er bij de 2.000.000 nieuwe gevallen die elk jaar wereldwijd worden geregistreerd sprake van een sterftecijfer van 90%: 1.800.000 mensen overlijden. Bij longkanker wordt de lijdensweg steeds langer (dat wil zeggen dezelfde 90% sterfgevallen) en hetzelfde geldt voor al die tumoren waar geen mogelijkheid bestaat tot het verhullen of manipuleren van gegevens.
Kanker is veruit het grootste probleem van de geneeskunde, niet alleen vanwege zijn omvang, maar vooral vanwege de stoet aan symptomen waar deze aandoening mee gepaard gaat, met name in de meer gevorderde stadia, en vanwege het enorme psychologische leed van de patiënten en hun familieleden.
Het is geen toeval dat de Amerikaanse president Richard Nixon in 1971 een heuse oorlog tegen ‘de aandoening van de eeuw’ uitriep die, binnen vijf jaar, kanker moest overwinnen. Sindsdien heeft deze oorlog in de hele wereld een hoeveelheid geldelijke, wetenschappelijke en menselijke middelen gekost die haar weerga niet kent.
Maar het is niet nodig te verhullen dat de resultaten er beslist niet naar zijn. Afgezien van de periodiek hernieuwde inspanningen, de herhaalde beloften en de recente, vermeend miraculeuze vondsten, is er concreet weinig om te laten zien: de oorzaak van kanker is en blijft onbekend.
Het probleem blijft onopgelost: elk jaar vernietigt deze onverbiddelijke ziekte miljoenen mensen die in een neerwaartse spiraal van dood en pijn worden gezogen waar bijna nooit iets tegen kan worden gedaan. Kanker is het enorme zwaard van Damocles, de vreselijke wraakgod van een achterhaald maatschappelijk systeem waar de weerloze burgers passief een totaal verkeerd beheer van hun eigen gezondheid moeten aanvaarden en gedwongen zijn om anderen, de blinde gewiekste zakenmannen aan de top van de piramide, opdracht te geven om, zonder kwalificatie, hun ziekte te behandelen.
Het grote wantrouwen is ook onder artsen duidelijk te merken.